Gepubliceerd op 27-04-2020
Het Coronavirus hakt er stevig in. Op alle fronten worden we geraakt. We vrezen voor onze gezondheid, ons werk en onze sociale contacten. Het is een verdrietige tijd. De maatregelen van de overheid snappen we, maar tegelijkertijd groeit langzaam het verzet tegen deze maatregelen. Een beter begrip van hoe ons brein werkt en de fasen in de crisiscyclus, kan helpen om minder snel toe te geven aan onze drang naar vrijheid.
Ons brein is beperkt
Het coronavirus maakt ons angstig, omdat het ongrijpbaar is. We raken de controle kwijt en dat willen we niet. Uit alle macht proberen we met het rationele deel van ons brein de controle terug te krijgen. Dat lukt niet direct, omdat ons brein helaas niet zo rationeel is. Dat kan ertoe leiden dat we snel de risico’s onderschatten of het gevaar zien als een ver-van-mijn-bed-show. Als de overheidsmaatregelen te lang duren, kan dat leiden tot verzet.
De vier fasen van de crisiscyclus
Een ander aspect is ons universele streven naar autonomie. Dat is goed te zien in de crisiscyclus.
Deze cyclus kent vier fasen:
- de shockfase
- de samenwerkende fase
- de verzetsfase en
- de nieuwe werkelijkheid
De eerste fase hebben we gehad. We waren bang, gingen hamsteren, rationele en irrationele dingen doen om de controle terug te krijgen. In deze fase was gezaghebbend leiderschap van de overheid fijn. We werden meegenomen in onze angst. De overheid vervulde onze basisbehoefte veiligheid.
Nu zitten we aan het einde van de tweede fase en staan we aan het begin van de derde. In de tweede fase gaat het om ‘gedeelde smart is halve smart’. We zijn sociaal, willen helpen. Het beste in de mens komt naar boven. Dat hebben we gezien in de zorg, bij de politie en bij vele anderen die spontaan hulp boden. We zoeken verbinding met elkaar. In de derde fase ontstaat wrijving. We snappen nog steeds dat de overheid het goed bedoelt en we werken (meestal) ook nog steeds mee aan de maatregelen, maar het verzet groeit. We willen onze vrijheid terug. Er ontstaat iets van een tegenreactie. In de vierde en laatste fase is er een nieuwe werkelijkheid ontstaan en zullen we overgaan tot de orde van de dag.
Omarm de breinstrijd en maak het bespreekbaar
Als we ons bewust zijn van onze “breinstrijd” kunnen we het omarmen als een dilemma dat besproken moet worden. Door met elkaar op allerlei niveaus (overheid, bedrijfsleven, verenigingen) de voors en tegens van doorgaan met de lockdown of juist kiezen voor vrijheid te bespreken, krijgen we doorgaans betere oplossingen voor nu (korte termijn) en voor later (strategische keuzes). En zo kunnen we wellicht vermijden dan we te snel ondoordacht te veel risico nemen met alle gevolgen van dien, voor ons als collectief en voor ieder van ons als individu.